Ga naar de inhoud

Betrokkenheid kind bij scheiding

Wettelijk ben je verplicht om kinderen te betrekken bij het opstellen van het ouderschapsplan.

Scheiden zonder schade

Het is goed te weten dat onenigheid en strijd tussen ouders altijd meer risico op schade geeft voor een kind, dan een regeling die niet zo fijn is of waar ze aan moeten wennen of die teleurstellend kan zijn.

Hou rekening met de leeftijd van het kind bij het stellen van vragen;

Wij proberen als ouders vriendelijk (lief, aardig) met elkaar om te gaan, merken jullie dat ook?

Soms is er nog wel spanning tussen ons, dat proberen wij samen op te lossen. Hebben jullie er last van?

Hebben jullie ideeën hoe het anders kan, hoe het beter kan? Wij kunnen helaas niet beloven dat ons dit steeds lukt, maar reken erop dat wij ons best ervoor doen.

Heb je een idee wat je zelf kunt doen als het ons niet goed lukt te stoppen met ruzie te maken? Bijvoorbeeld door muziek te luisteren op je kamer, door naar je vriend(in) te gaan, het te zeggen tegen ons of hulp te halen.

Bij het indienen van het ouderschapsplan hebben ouders volgens de wet de plicht om te laten zien op welke manier zij hun kinderen betrokken hebben bij het opstellen van het ouderschapsplan en het regelen van de zorgtaken. Ouders moeten dus met hun kinderen een gesprek voeren over het ouderschapsplan en daarbij op de reacties van hun kinderen letten.

Pilot verplicht informeren van de rechter

Er lopen verschillende pilots om kinderen meer te betrekken bij het scheiden. Een voorbeeld daavan is dat de familierechters van de locatie Zwolle  naar het gevoerde bruggesprek vragen in de echtscheidingsprocedures. Als ouders geen gezamenlijk ouderschapsplan hebben en geen bruggesprek hebben gevoerd, moeten zij voortaan de rechter informeren over hoe de kinderen reageren op de lopende omgangsregeling.

Formulieren

Ouders informeren de rechter door één van de volgende formulieren via hun advocaat naar de rechtbank op te sturen.

Praktische ondersteuning bij bruggesprek

Om ouders te helpen bij het bruggesprek zijn er tips en suggesties. Deze behandelen thema’s -die ook opgenomen worden in het verplichte ouderschapsplan- om per leeftijdsgroep ondersteuning te bieden bij onderwerpen zoals de omgang, vakanties en verjaardagen.

Het verblijf van de kinderen bij de beide ouders

Het halen en brengen van de kinderen tijdens de wisselingen tussen de ouders 

De vakanties

De verjaardagen

Vrije tijd: de clubs, sport, vrienden

School

Contact met de familie

Mogelijke effecten van scheiden op een kind

Bij het opstellen van een ouderschapsplan is het zaak om rekening te houden met de ontwikkeling van een kind. Per leeftijd verschilt die natuurlijk. Daarnaast hebben ouders in een scheiding veel aan hun hoofd er is dan niet altijd voldoende oog voor de opvoedtaken. Om ouders een handje te helpen hebben we die per leeftijd in kaart gebracht. Tevens wijzen we ouders ook op de mogelijke effecten die bij de kinderen op kunnen treden bij een scheiding, maar ook waar je alert op dient te zijn bij de omgang met de kinderen.

Baby van 0 tot 2 jaar

Omdat het jonge kind nog niet kan praten, reageert hij of zij op spanning en stress, door slechter te slapen en/of meer te huilen.
Het kind voelt het gemis van de tweede verzorgende ouder.
Het hechtingsproces aan de ouders of één van de ouders loopt risico.
De ouders kunnen er minder goed zijn voor het kind, omdat ze emotioneel minder beschikbaar zijn.
De kwetsbaarheid van een kind neemt toe.
Het kind kan niet wennen aan de verschillende ritmes van beide ouders. Dit kan nog lang doorwerken.

Peuter van 2 tot 4 jaar

De peuter kan denken dat de echtscheiding door hem of haar komt.
De angsten en onzekerheden die ontstaan door een scheiding, kunnen worden overgenomen door de peuter.
De peuter kan zich minder goed identificeren met de ouderrol van beide ouders.

Kleuter van 4 tot 6 jaar

De kleuter kan denken dat de echtscheiding door hem of haar komt.
Het vertrek van één van de ouders kan worden gezien als persoonlijke afwijzing.
Kleuter wordt snel boos en uit dit thuis of elders.
Onzeker over de toekomst, waardoor hier veel vragen over worden gesteld.
Hij of zij is erg bang de andere ouder ook kwijt te raken.
Leeft in zijn of haar eigen wereld en valt terug op magisch denken en fantasie.

Het jongere basisschoolkind van 6 tot 9 jaar

Er bestaat een risico op verslechterde prestaties op school, door een verstoring van het leerproces.
Er is mogelijk een schoolwisseling nodig, door een verhuizing na de echtscheiding.
Het kind gaat de ouder(s) tevreden stellen, omdat hij of zij zich zorgen maakt over de ouder(s).
Door een afname in de inkomsten van de gescheiden ouders, moet het kind mogelijk stoppen met sporten of hobby’s.
Er ontstaat een risico op identificatie met de ouders, ook wel parentificatie genoemd.
Ouder basisschoolkind van 9 tot 12 jaar
Het kind voelt zich in de steek gelaten door de ouder(s).
Toont onbegrip en verdriet, omdat hij/zij ziet dat andere kinderen wel een ‘normaal gezin’ hebben.
Er wordt compensatie gezocht buiten het gezin.
Vaste vriendjes en vriendinnetjes gaan verloren, door een gedwongen verhuizing.
Door een afname in de inkomsten van de gescheiden ouders, moet het kind mogelijk stoppen met sporten of hobby’s.
Rationeel gezien kan hij/zij de scheiding wel begrijpen. Emotioneel verwerken lukt vaak echter niet.

Het oudere basisschoolkind van 9 tot 12 jaar

Kinderen zijn verdrietig en hebben onbegrip, omdat andere gezinnen nog wel bij elkaar zijn.
Net als bij het jongere basisschoolkind kan het kind zich eerder in de steek gelaten voelen en zoekt compensatie buiten het gezin. Rationeel valt de scheiding voor het kind te begrijpen, maar emotioneel kan het nog niet verwerkt worden.

Jonge puber van 12 tot 14 jaar

Meer kans op afglijden.
Verlaat vroeg het gezin.
Zoekt steun elders.
De sociale controle op het kind zal minder worden.
Wanneer de ouder een nieuwe relatie begint, worden problemen vertoond.
Kind gaat zich heftig afzetten tegen ouders.
Verandering in beginnende seksualiteit. Sommige kinderen worden afhoudender en sommige kinderen juist het tegenovergestelde.
Het kind kiest sneller partij voor één van de ouders.

Oudere puber van 14 tot 17 jaar

Meer kans op afglijden.
De sociale controle op het kind zal minder worden.
Verlaat vroeg het gezin.
Woede uitingen of boosheid kan ontstaan.
Schaamte naar de buitenwereld
Er ontstaat versterkte onzekerheid.
Er ontstaan problemen met aanpassing.
Verlies van respect voor ouders.

Gratis informatiegesprek aanvragen

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.